Boeiend bouwtechnisch werk

Een architecten- en studiebureau met een focus op samenwerking en bouwtechniek, zo omschrijft Bert Van den Bergh, projectarchitect en adviseur renovatie en restauratie, Bureau Bouwtechniek. “Het is een algemene omschrijving, maar dekt wel onze drive en focus. We zorgen voor de bouwtechnische ondersteuning op maat van bouw- en studiepartners.” En die opgebouwde technische expertise en ervaring voor renovatie en restauratie komen ook bij het Istoir-project De Koetshuizen van pas.

Wat is de meerwaarde van Bureau Bouwtechniek bij een project als dit?

Bert: “Ik geloof dat onze gespecialiseerde bouwfysische en materiaaltechnische kennis een meerwaarde is. Als bouwpartner stellen we duurzame en esthetische oplossingen voor, met oog voor budget en haalbaarheid. We geven niet enkel advies op afstand. We zijn gebeten door de uitvoering en stappen ook echt mee in het project. We zorgen voor een praktische vertaling van de technische uitdagingen voor de (onder)aannemers. Bovendien is het voor Istoir wellicht ook niet onbelangrijk dat wij een grondige expertise hebben in renovatie- en restauratietechnieken. We benaderen erfgoed met respect én oprechte interesse.”

“We doen meer dan advies geven op afstand en zijn gebeten door de uitvoering.”

 

Voor welke problematiek in De Koetshuizen zochten jullie een oplossing?

Bert: “Het belangrijkste issue is de zout- en vorstproblematiek van het waardevolle gevelmetselwerk. Dat heeft te maken met de oorspronkelijke invulling van de gebouwen. Het waren voornamelijk paardenstallen. Net zoals in boerderijen, gaat dat vaak gepaard met zoutbelasting in de ondergrond, en bijgevolg schade aan de gevels. Ook voor de gevels van het binnengebied zien we dezelfde problematiek, wellicht omdat er daar mest werd opgestapeld. Gezien deze zouten het metselwerk beschadigen, moesten we een oplossing vinden voor het herstel van de gevel en die weerbaar maken voor de toekomst. Daarnaast was het ook nodig om de bouwknopen aan te pakken in de buitenschil: de aansluitingen tussen dak en gevel, tussen gevels en schrijnwerk, buitengevel en vloeren, enz.”

Een werfbezoek bracht duidelijkheid?

Bert: “Inderdaad. Samen met Frederik Van Vooren gingen we er langs om naast hun bevindingen ook zelf een eerste vaststelling te doen. Vervolgens stelden we een studietraject voor. Na het akkoord werkten we een technische omschrijving en een plan van aanpak uit.”

Wat houdt dat plan in?

Bert: “Het volledige stappenplan is misschien een iets te technisch verhaal. Maar we starten steeds met een analyse van de bestaande toestand. Door middel van doorgedreven visuele inspecties en indicatieve metingen naar aanwezige vocht- en zoutgehaltes krijgen we een beeld van de omvang van het vocht in de muren en de hieraan verbonden schade. Het is uiteraard de bedoeling om dat vocht te verwijderen, evenals het zout aan de oppervlakte. Vervolgens adviseren wij naargelang de ruimte, de materialen, de toestand … met welke materialen en technieken het oppervlak behandeld of vernieuwd kan worden.”

“Dat wij mee kunnen verzekeren dat een historisch pand de toekomst aankan, is een fijne gedachte.”

 

Past het esthetische aspect ook in jullie plan?

Bert: “Natuurlijk. Wij staan zelf niet in voor het ontwerp, maar in onze studie en opvolging houden we wel rekening met de esthetische kant. Dit is steeds een evenwichtsoefening die maatwerk en samenwerking met alle partijen vereist, zeker in historische panden, maar we voelen een sterk vertrouwen en dezelfde passie en gedrevenheid bij Istoir. We volgen de uitvoering ook van a tot z op, of tenminste van de delen die ons aanbelangen: de muren, de nieuwe vloeren … Het feit dat wij kunnen bijdragen aan een herbestemming van erfgoed én dat wij er mee voor kunnen zorgen dat de gebouwen de toekomst aankunnen, dat is een fijne gedachte.”

“We zitten op dezelfde golflengte als Istoir en hebben beide een passie voor erfgoed. Dat maakt samenwerken aangenaam.”

 

Meer lezen over project Koetshuizen? 

Neem een kijkje